Onze mond viel open van verbazing toen we Ulrich, een jongen van twaalf uit Kameroen, voor de eerste keer zagen. Zelfs onze meest ervaren verpleegkundigen zagen zelden iemand met zo’n ernstig misvormde benen. Een kind kan toch onmogelijk zulke zwaar misvormde benen hebben? Helaas is deze foto 100% waarheidsgetrouw.
Ulrich werd geboren met een extreme afwijking: zijn dijspieren groeien trager dan zijn skelet. Door het te korte spierweefsel staan zijn benen nu in een omgekeerde hoek. Alleen in deze onnatuurlijke houding kan hij zich met veel moeite voortbewegen.
Toch leerde deze moedige jongen zichzelf stappen. Hij leunt daarbij op twee stokken. Terwijl andere kinderen van zijn leeftijd zorgeloos rondrennen en spelen, is het leven voor deze jongen een verschrikkelijke lijdensweg. Bij elke stap verbijt hij bovendien de pijn in zijn armen, benen en rug. En voelt hij de blik van al die mensen die hem aanstaren. Hij krimpt ineen van schaamte, maakt zich nog kleiner dan hij al is…
Ulrich had dringend een operatie nodig. Want in zijn land maakt hij met zo’n zware handicap geen schijn van kans. Zonder ingreep is dit kind gedoemd om de rest van zijn dagen in schaamte rond te kruipen.
Maar met de hulp van onze trouwe schenkers staat Ulrich binnenkort weer rechtop! De urgente operaties van Ulrich zijn zeer zwaar en complex. Onze ervaren chirurgen moeten zijn spieren losmaken en beide benen in verschillende fasen rechtzetten. Daarna wacht Ulrich nog een lange revalidatie in ons HOPE Center.
Ontmoeting met Hugo Broos
Het is daar in dat HOPE Center waar hij Hugo Broos ontmoette, nu trainer van het nationale elftal van Kameroen en sinds kort ambassadeur van Mercy Ships.
Hugo vertelt zelf over zijn ontmoeting met Ulrich:
“Ik heb één heel speciale patiënt ontmoet in het HOPE Center waar hij verblijft, en gedurende zijn revalidatie. Het feit alleen al dat die jongen nu een heel nieuw leven heeft, na de operatie, ook keihard werkt aan de revalidatie, en zo te kunnen genieten van het nieuwe leven, dat geeft mij toch het idee en de zekerheid dat ik daar op de één of andere manier toch kan toe bijdragen, om voor die jongen, maar ook voor de rest van Mercy Ships, om dat te blijven kunnen doen. Het is ongelooflijk, als je die jongen zag voor de operatie, en je ziet hem nu, dat is totaal verschillend.
De onderbenen van Ulrich plooiden in de verkeerde richting, dus wij plooien naar achteren, hij plooide naar voor. Dus dat betekent dat zijn knieschijven naar achter stonden. De jongen liep met twee stokken, om het oneerbiedig te zeggen bijna op een dierlijke manier. Ik kan mij goed voorstellen dat in zijn gemeenschap, dat is een jongen van 12 jaar, spelen met zijn vrienden is onmogelijk, maar dat er ook een zekere gêne was van zijn ouders uit om die jongen te tonen. Ik kan mij zeer goed voorstellen dat die een zeer saai, droevig leven heeft gehad, en dat is volledig te begrijpen vanuit het standpunt van zijn ouders, dat zij niet met hun zoon zo maar naar buiten komen. Dus nu staat die jongen op zijn twee benen, hij gaat nog wel met krukken, heeft nog een brace, maar binnen een aantal maanden gaat dat allemaal weg zijn, en gaat die jongen gewoon kunnen wandelen zoals wij. Gesproken van een verandering in zijn leven, ik denk dat het niet mooier kan zijn dan iemand die op een bepaald moment geen leven meer heeft en dan door een operatie, een heel nieuw leven krijgt.
Ik denk dat die jongen heel blij was dat hij mij gezien heeft. Hij was in het begin heel verlegen, kwam naast mij zitten, zei alleen ‘oui’ en ‘non’ toen ik vragen stelde, en op een bepaald moment vroeg ik hem: “Als je nu een wens mocht doen, wat zou je dan echt willen?’ En hij zei: ‘een fiets’. En ik zei: ‘Fiets?’ ‘Ja’, zei hij, ‘dan kan ik fietsen.’ En toen ik hem daarna weer zag bij de revalidatie, heb ik met hem staan praten, en dan kreeg ik het gevoel dat hij meer vertrouwen had. Dat ik zijn vertrouwen gewonnen had. En hij begon ronduit te praten. Hij begon te zeggen: ‘Ja, ik wil de wedstrijd zien van Kameroen volgende week’. Ik zei: ‘Ik ga proberen dat je de wedstrijd kan zien op TV’, want in het HOPE Center is geen TV. Ik zei: ‘Je wou graag een fiets, als je genezen bent krijg je een fiets van mij’ en hij wou geen fiets, hij zei: ‘ik wil dat je je bezig houdt met mijn leven’, en dat vond ik zo mooi, dat ga ik zeker doen.”