Peter Gordts

Getuigenis: journalist Peter Gordts bezocht de Global Mercy in Senegal

Journalist Peter Gordts trok in april naar de Global Mercy in Senegal, waar hij het levensreddende werk op het grootste ziekenhuisschip ter wereld van dichtbij meemaakte. Zijn ontmoeting met de patiënten en vrijwilligers van Mercy Ships lieten hem niet onberoerd.

Dek 5, trappenhal C, op zoek naar fotograaf Jonathan Ramael en videograaf Karlo Stirmer. Nog geen halve dag aan boord van de Global Mercy in de haven van de Senegalese hoofdstad Dakar en ik ben al hopeloos verdwaald. Mijn reisgezellen zouden aan het werk zijn in de kombuis en de eetzaal. Was dat nu weer op dek 7 of 8? En hoe daar te geraken? Onze anders alom aanwezige mediagids, de Spaanse Paula Monge Martin, had het nochtans haarfijn uitgelegd. Had ik nu maar het Suske en Wiske-album De drijvende dokters bij de hand… De absurde gedachte doet me grijnzen.

Twee treden tegelijkertijd snelt een atletische Aziaat de trap af. Blauw ziekenhuisplunje, kapje olijk scheef, hagelwitte glimlach. Brian, lees ik op zijn naamplaatje. Of hij me kan helpen? „De kombuis? „Even nadenken.” Een prettig Amerikaanse tongval. „Dat zal dek 7 zijn. Hoe je daar geraakt? Kom, we zoeken het samen uit.” Hij wijst naar een plattegrond van het schip aan de muur, oranje plastic crew-drinkbus met gehavend logo van Mercy Ships in de hand. „Ik ben op weg naar dek 4, maar ik breng je wel even naar de kombuis. Zo zijn we tenminste samen als we verloren lopen. Dit is mijn eerste dag aan boord van de Global Mercy.”

De anekdote illustreert meteen twee kenmerken van het nieuwe vlaggenschip van Mercy Ships, de omvang van de zeereus en de dienstbaarheid van zijn bemanning. De Global is ruim twee keer massiever dan de Africa Mercy, waarmee ik enigszins vertrouwd ben sinds mijn bezoek aan boord in 2016 in Cotonou, Benin: tonnenmaat 37.000 tegenover 16.500, twaalf dekken tegenover acht, 199 hospitaalbedden tegenover 82, 7.000 vierkante meter hospitaalruimte tegenover 1.200, 641 bemanningsleden tegenover 474.

Oprecht omzien, aanstekelijk enthousiasme, bescheiden bedrevenheid — we zullen het de komende week aan boord dagelijks ervaren. De man die me persoonlijk begeleidde naar dek 7 en er vervolgens als de bliksem vandoor ging naar hospitaaldek 4 zie ik drie dagen later weer in Ward (Afdeling) D in het zog van de legendarische dokter Gary Parker, huischirurg van Mercy Ships en hoofd van het medisch team aan boord van de Global. Vrijwilliger Brian Barki uit Tulsa, in de Amerikaanse staat Oklahoma, is als anesthesist voor een korte opdracht aan boord en is — net zoals zijn vrouw Jamie en zijn drie kinderen — een oudgediende van de Africa Mercy.

Brians oranje drinkbus van die allereerste ontmoeting blijkt vreemd genoeg een andere rode draad in het verhaal van onze week aan boord. Ik zie ze overal, die niet zo handzame bidons van één liter „voor je dagelijkse portie avontuur” (zoals de opdruk aangeeft) die je in het scheepswinkeltje kunt kopen en die elk bemanningslid permanent binnen handbereik schijnt te houden. Op richels, in fauteuils en op tafels, tot op de grond in de wasserij en in het bakje ‘gevonden voorwerpen’ in een hoekje van het café treffen we ze aan. Meestal met al dan niet gepersonaliseerde naam van de eigenaar, soms gewoon met persoonlijk mondkapje aan de sluitriem. Elk lid van onze reportageploeg krijgt er eentje cadeau. Fotograaf Jonathan zal zijn drinkbus ettelijke keren ergens vergeten en telkens weer boven water zien komen.

De cataractoperatie van de zestienjarige Ngora Diouf laat ik aan mij voorbijgaan, om videoman en fotograaf meer ruimte rond de operatietafel te gunnen. Aan boord van de Africa Mercy genoot ik destijds al het voorrecht dokter Gary zelf en van dichtbij aan het werk te zien. Ik ben echter evenzeer onder de indruk van de professionaliteit en de goedhartigheid van de 28-jarige kinderverpleegkundige Katelijne Impens uit Oostende, één van de zes Vlamingen aan boord die onze ploeg komt opzoeken. Katelijne loopt zich de benen van het lijf opdat het de veertienjarige Ante Thiombane in bed D09 (gesponsord door weldoener Peggy Campbell, lees ik op het bordje aan het voeteinde), zonet geopereerd van een tumor in het aangezicht, aan niets zou ontbreken. Het meisje verloor veel bloed en de tumor kon nog niet volledig worden weggehaald, maar ze kijkt opgelucht in het handspiegeltje dat Katelijne haar aanreikt.

Rijst en vis, badend in de palmolie of toch maar een verse banaan? Het is lunchtijd en loeiheet in het Hope Center van Mercy Ships, aan de wal, vlak bij de kade waar de Global Mercy ligt afgemeerd. Hier verblijven patiënten zowel vóór als na hun operatie aan boord. Vis of banaan? De 67-jarige voedingsinspecteur en vrijwilliger-scheepskok Guy Van Camp uit Willebroek kan ik even niet om raad vragen. Hij en onze persvrouw Paula hebben het te druk met baby’s op de schoot en een uitgelaten en zelfs enigszins gewelddadige peuter. Guy is één van de eerste vrijwilligers aan boord die het Hope Center kan bezoeken, dat nu op volle kracht begint te draaien.

Ik kies dan maar veilig voor de banaan en rep me het zinderende beton over naar een wit gebouw met drie verdiepingen. Een gewezen centrum voor Bijbelvertaling, legt de Kameroense manager Ruth Penda uit, compleet met kantoren en opslagruimte, dat dankzij een gift in 2021 van 30.000 euro van Mercy Ships Belgium kon worden omgeturnd in gerieflijke slaapzalen, compleet met airco. Mannen en vrouwen (en kinderen) netjes van elkaar gescheiden uiteraard, 130 stapelbedden met matrassen Made in the USA. Doorgaans slaapt de patiënt bovenin, zijn of haar begeleidend familielid, vaak met baby, onderin. „Tenzij de respectieve leeftijd het anders gebiedt”, zegt facilitator Kaele Hale. Aan boord van de Global is het andersom. Daar overnacht de begeleider onder het ziekenhuisbed, uiteraard op een gerieflijke matras. Het kraakschone sanitair bevindt zich enkele zeecontainers aan de voet van het gebouw.

Vandaag verblijven in het Hope Center 175 personen, vanaf morgen meer dan 200. Ze komen de dag door met zang en muziek, met bezigheidstherapie, en de kinderen krijgen les. Tellen en lezen. Abeille, Elève en Orage, ontcijfer ik op het witbord, maar tussenin evenzeer Freedom, Nurse, Christmas en Jesus. Vreemde mengeling van Frans en Engels… „Het meest gesmaakt wordt echter de geestelijke en spirituele begeleiding”, zegt Ruth Penda. „Voor onze vaak zwaar getraumatiseerde patiënten staat daartoe een 45-koppige ploeg van Senegalese medewerkers klaar die werken in vier teams. Nu ook wij aan boord mogen overnachten, voelen we ons eindelijk volwaardig lid van de crew. Geen geld kan betalen wat onze mensen hier doen vanuit het hart. Hun werk transformeert hun geest, waardoor ze altijd opnieuw zullen klaarstaan.”

– Peter Gordts